In de mist controleert palingvisser Egbert Visser uit Vierhuis zijn netten bij het dagrecreatieterrein De Uilesprong in de Tsjûkemar. Hij vist op de grote schieraal van 30 tot boven de 45 centimeter. Als deze palingen niet worden gevangen, dan trekken ze weg naar zee om zich voort te planten. Ze worden schieraal genoemd omdat ze vanaf hun tiende van kleur veranderen en een witte buik krijgen. De rode aal, die hier komt om op te groeien, wordt veel minder gevangen. Egbert Visser kan nog anderhalve maand aan het werk. Medio november is het einde van het visseizoen en in maart gaat hij dan weer aan de slag. Gemiddeld heeft Visser zo'n 45 fuiken uit staan. In het voorjaar komen daar nog eens zo'n honderd kleine fuiken bij. Last van stroperij heeft hij op het grote Tjeukemeer niet zo zeer. Wel in de Tjonger en De Linde, waar regelmatig illegaal vistuig staat. En als er weer Urkers op de campings rondom het Tjeukemeer komen kamperen. ,,Je legt je oor dan in de omgeving te luister en probeert samen met de politie de mannen op heterdaad te betrappen.''
(Foto's: Thewes Hoekstra)